Nijdra vliegt altijd als eerste naar de maan
Nijdra vliegt altijd als eerste naar de maan
In september viert Joeri Prince zijn veertiende jaar bij de Nijdra Group. Wat begon in de meetkamer, waar hij producten controleerde, groeide uit tot een functie waarin hij verantwoordelijk is voor het hele kwaliteitssysteem van de organisatie. Als QA-Manager (Quality Assurance Manager) bewaakt hij de betrouwbaarheid van processen, vertaalt hij klanteneisen naar de werkvloer en zet hij duurzaamheid en innovatie op de agenda.
Kun je kort uitleggen wat je werk als QA-Manager inhoudt?
‘Ik ben in 2010 begonnen bij Nijdra. Eerst in de meetkamer, waar ik onderdelen controleerde op maatvoering en afwerking. Sinds 2020 ben ik QA-Manager. Mijn werk draait om het organiseren en verbeteren van ons kwaliteitssysteem. Dat betekent: audits begeleiden, managementreviews uitvoeren, afwijkingen analyseren, maar ook vooruitkijken naar wat er nodig is om morgen aan de eisen te voldoen. Daarnaast ben ik aanspreekpunt voor klanten. Als er vragen zijn over onze certificeringen, productbetrouwbaarheid of duurzaamheid, dan belanden die bij mij. Je moet kunnen uitleggen wat er gebeurd is en hoe je voorkomt dat het nog eens gebeurt. Daarin zit vaak ook de crux van kwaliteitsmanagement: leren van fouten en structureel verbeteren.’
Waarom is kwaliteit zo cruciaal voor Nijdra?
‘Omdat het onze license to operate is. Zonder topkwaliteit kun je simpelweg niet meedoen in de markten waarin wij actief zijn. Klanten bestellen geen standaardproducten; ze vragen om maatwerk met zeer strakke toleranties. Dat kan gaan om een onderdeel dat tot op duizendsten van millimeters klopt. Als dat niet exact klopt, past het niet in de machine van de klant. Dan heeft die klant niet alleen een probleem, maar wij ook, want je verspilt tijd, materiaal en vooral vertrouwen. Daarom zeg ik: kwaliteit is voor ons letterlijk van levensbelang.’
Welke trends zie je de komende jaren in jullie vakgebied?
‘De grootste verandering is de opkomst van de semiconductor-industrie. Op dit moment is dat nog een relatief klein deel van onze omzet, maar de verwachting is dat dit snel groeit. De vraag naar chips is enorm, door kunstmatige intelligentie en doordat bijna alle consumentengoederen tegenwoordig verbonden zijn met internet. Van koelkasten tot auto’s: overal zitten chips in. Voor die productie zijn uiterst nauwkeurige en schone onderdelen nodig. Dat stelt nieuwe eisen aan ons werk. Je kunt niet meer volstaan met gewoon produceren; onderdelen moeten stofvrij zijn, vrij van vlekken en verpakt in speciale cleanroom-verpakkingen. Ik verwacht dat dit de standaard wordt. Over vijf tot tien jaar is schoon produceren geen uitzondering meer, maar gewoon de norm. Voor ons betekent dat: meer cleanrooms, strengere procedures en medewerkers die op een andere manier moeten werken.’
Wat vraagt dat concreet van de mensen op de werkvloer?
‘Heel veel bewustzijn. Een medewerker die een onderdeel met blote handen aanraakt, kan het al onbruikbaar maken. Daarom werken we met handschoenen en moeten onderdelen direct worden afgedekt. Het lijkt een kleine moeite, maar het is essentieel. Ik besteed veel tijd aan training: uitleggen waarom het belangrijk is, wat er gebeurt als je een regel overslaat en hoe dat uiteindelijk ook hun werk raakt.’
In de toekomst kan het zijn dat we volledig in cleanrooms produceren. Dan werken medewerkers in speciale pakken, in ruimtes waar stof en vuil geen kans krijgen. Dat vraagt aanpassing, maar ik merk dat mensen dat juist interessant vinden. Ze krijgen er specialistisch werk voor terug en voelen dat ze onderdeel zijn van iets groots. Uiteindelijk draait het om één ding: iedereen moet mee in die beweging, anders verlies je de aansluiting met de markt.’
Duurzaamheid wordt ook steeds belangrijker. Hoe zie jij die ontwikkeling?
‘Voorheen vroegen klanten bij een aanvraag alleen naar prijzen en levertijden. Nu hoor je steeds vaker eerst de vraag: wat doen jullie op het gebied van duurzaamheid? Als deze vraag dan naar tevredenheid wordt beantwoordt, dan pas komt prijs en levertijd aan bod. Wij hebben sinds 2017 een EcoVadis-certificering en scoren brons. Dat klinkt misschien bescheiden, maar het betekent wel dat we serieus bezig zijn met duurzaamheid. Om naar zilver of goud te gaan, moeten we veel concreter rapporteren, bijvoorbeeld via CSRD-rapportages. Dat kost tijd en energie, maar het levert ook iets op. Grote klanten nemen duurzaamheid inmiddels mee in hun leverancierskeuze. Zonder certificering kom je bij sommige bedrijven niet eens meer binnen. Het is dus niet alleen een morele keuze, maar ook een strategische.’
Kun je een concreet voorbeeld geven van duurzame innovatie bij Nijdra?
‘Een mooi voorbeeld is onze circulaire productie. Tot voor kort werden machines die terugkwamen, vaak helemaal vervangen. Nu halen we ze uit elkaar en beoordelen we de kernonderdelen opnieuw. Als die nog voldoen aan de hoogste eisen, zetten we ze in nieuwe machines. Dat levert enorme besparingen op: financieel, maar vooral ook qua materiaal en milieu. Het leuke is dat medewerkers dit ook waarderen. Voorheen assembleerden ze alleen nieuwe onderdelen, nu demonteren ze ook en krijgen ze meer afwisseling. En als je er dan bij vertelt dat het ook beter is voor het milieu, krijg je ze vanzelf mee. Duurzaamheid moet je concreet en tastbaar maken; dan wordt het vanzelf iets positiefs.’
Welke rol gaat kunstmatige intelligentie spelen in jullie werk?
‘AI is veel meer dan ChatGPT. Voor ons gaat het vooral om dataverwerking. We hebben enorme hoeveelheden meetdata van producten. Nu vullen we die vaak nog handmatig in en slaan we ze op in pdf’s. Straks leest AI al die data automatisch uit, analyseert ze en geeft adviezen voor kwaliteitscontrole. Dat scheelt niet alleen tijd, maar maakt ons werk ook betrouwbaarder. Machines kunnen in de toekomst zelfs hun eigen metingen uitvoeren en zichzelf controleren. Daarmee verdwijnen saaie en repetitieve taken, en blijft er meer ruimte voor mensen om zich bezig te houden met de complexe, gevoelige beslissingen. Ik zie AI dus niet als een bedreiging, maar als een kans om het werk interessanter te maken.’
Welke taken blijven in jouw ogen altijd mensenwerk?
‘Gevoel en ervaring. Je kunt een oppervlak visueel beoordelen en denken: hier klopt iets niet, ook al zegt de computer dat het binnen de marge valt. Dat menselijke onderbuikgevoel blijft waardevol. Uiteindelijk draait het om de combinatie: de computer doet de zware dataverwerking, de mens kijkt of het eindresultaat klopt. Daarnaast is er een emotionele kant. Kwaliteit gaat ook over trots zijn op je werk. Die trots zie je bij onze mensen terug, en dat kun je nooit helemaal automatiseren.’
Als je tien jaar vooruitkijkt, hoe ziet Nijdra er dan uit?
‘Ik verwacht een bedrijf dat nog meer cleanrooms heeft, waarin AI volledig is geïntegreerd en waarin duurzaamheid een vanzelfsprekend onderdeel van het dagelijks werk is. Maar de kern blijft hetzelfde: we leveren topkwaliteit en lopen voorop in innovatie. Wat ik mooi vind, is dat klanten vaak zeggen: Nijdra vliegt altijd als eerste naar de maan. Daarmee bedoelen ze dat we snel nieuwe technologie omarmen, of dat nu CNC-machines waren in de jaren tachtig of AI nu. Die pioniersmentaliteit maakt dat we ons blijven onderscheiden. En ik denk dat dat ons de komende tien jaar nog sterker maakt.’
Wat betekent het voor jou persoonlijk om in een familiebedrijf te werken?
‘Een familiebedrijf heeft altijd een balans tussen traditie en innovatie. Aan de ene kant is er respect voor het verleden en de manier waarop dingen gedaan zijn. Aan de andere kant is er de drive om te vernieuwen. Voor mij is dat een inspirerende combinatie. Je voelt dat je onderdeel bent van een groter verhaal, maar je krijgt ook de ruimte om de toekomst vorm te geven. Ik zie mijn rol als het verbinden van die twee werelden: zorgen dat we voldoen aan de eisen van vandaag, maar tegelijk nadenken over de eisen van morgen. Dat is soms uitdagend, maar het geeft ook veel energie. Uiteindelijk is dat waar kwaliteit over gaat: vooruitkijken, verbeteren en zorgen dat je altijd een stap verder bent dan de rest.’